Onderweg

Aan het eind van de vijfde etappe kom ik aan bij klooster Steinfeld, een enorm kloostercomplex.

Ik heb een riante kamer in het gastenhuis en ‘s avonds eet ik mee in de refter. Daar ontmoet ik Michael voor het eerst. Hij is een paar jaar ouder dan ik en wandelt de eerste 7 etappes van de Eifelsteig. Het is een training, volgende maand gaat hij met zijn vrouw van Florence naar Assisi lopen. Hij is agnost maar de vrouwen in de familie hebben iets met God. Zijn dochter is predikant.

De volgende dag lopen we gelijktijdig de kloosterpoort uit. De zon schijnt, ik besluit direct mijn jas weer uit te trekken en Michael loopt voor me uit. Ik kom het eerste uur meestal traag op gang.

Bij de tweede afdaling glij ik uit en lig ik nederig in de humus. Die humus zorgt er wel voor dat ik me niet bezeerd heb. Ik doe het nog wat kalmer aan en Michael blijkbaar ook want de hele morgen zie ik hem zo nu en dan voor me uit lopen.

Na de lunch kom ik goed op stoom en wordt het tijd hem in te halen. Bij het passeren zie ik dat hij het zwaar heeft. We praten even. Rugpijn en spierpijn heeft hij. Ik mag wel doorlopen op mijn eigen tempo hoor. Nou, we hebben de hele dag, als hij het op prijs stelt loop ik wel een eindje met hem op. Nou graag.

Vervolgens slenteren we samen en raken met elkaar in gesprek. Over Wollseifen en Vogelsang. Hij was niet bij Vogelsang wezen kijken. Hij kan het niet aanzien. Zijn vader was van 1923 en moest het leger in. Eerst naar Italië en toen naar Polen. Hij had vooral veel gelopen gelukkig, was steeds aangekomen als de strijd voorbij was. Zijn vader zou het vreselijk gevonden dat er nu weer bewapend werd.

Enfin, we praten over ouders, en over de oorlog van Rusland tegen Oekraïne. En daarna over partners en onze kinderen, over Europa, over kerk en politiek, over God en de wereld.

Hij strompelt meer dan dat hij wandelt, ik hakkel meer dan dat ik fatsoenlijk Duits spreek.

We pauzeren samen en bezoeken een middeleeuwse drinkwatervoorziening.

Als we 12 km en 4 uur verder aan het eind van onze etappe komen zegt Michael: ‘Je hebt me vandaag gered.’ We lopen de openstaande deur van een kerk binnen. Ik brand een kaars.

Bij de bron van Ahr groeten we elkaar, hij is bij zijn hotel, ik mag nog een kilometer doorstappen.

‘s Morgens geen zin om samen te lopen, ‘s middags een fantastische tijd samen door gebracht! Het ga je goed Michael!

Post a Comment